Bij Stichting Olijf zetten (ex-)patiënten zich in om iets positiefs te doen met die ingrijpende ervaring. Arlette van der Kolk vertelt hoe Olijf hun ervaringen optimaal inzet.
'Zelf ben ik in 2015 ‘gescout’ in het ziekenhuis’, vertelt Arlette van der Kolk met een brede lach. ‘Ik zat in de spreekkamer met de richtlijn in mijn hand. Dat viel op. Eén van de verpleegkundigen, een vrouw die in het bestuur van Olijf had gezeten, vroeg of ik me voor Olijf zou willen inzetten. Zo ben ik daar begonnen.’
Wat heb je sindsdien zoal gedaan bij Olijf?
In het bestuur heb ik me gericht op belangenbehartiging. Daarnaast bied ik de vrijwilligers praktische ondersteuning als een soort coach en adviseur. En soms neem ik zelf als belangenbehartiger deel aan overleggen. Ik heb hier dus drie petten, waarvan ik er net één heb afgezet: mijn bestuurswerk.
Hoe kunnen vrijwilligers bij Olijf aan de slag?
Vrouwen kunnen hun ervaringen en ervaringsdeskundigheid hier op verschillende – maar even belangrijke – manieren inzetten. In de Marketing- en communicatiegroep werken ze mee aan publicaties, zoals interviews met artsen en ervaringsverhalen. In de groep Lotgenotencontact en voorlichting wordt de telefoonlijn bediend, de whatsapp-service verzorgd, voorlichting gegeven aan zorgprofessionals en ondersteuning geboden aan lotgenoten; hier gaat het dus vooral om luisteren en het delen van persoonlijke verhalen. En dan is er nog onze groep Kwaliteit van zorg. Daar werken we mee aan onderzoekstrials en richtlijnontwikkeling door vanuit een groter gedeeld perspectief commentaar te leveren en vanuit onze ervaringen mee te denken over aanvulling en verduidelijking.