Olijf is opgericht in 1986 door twee jonge vrouwen van in de twintig jaar, Martha de Keizer en Suzanne Biewinga.
Beide vrouwen hadden baarmoederhalskanker en steunden elkaar tijdens periodes van operatie, bestraling en chemotherapie. Ze ontdekten dat zij -buiten elkaar- op niet zoveel terug konden vallen. Er was wel informatie over de medische gang van zaken, maar wat het doormaken van een dergelijk grote ingreep nu voor gevolgen had op je leven, je toekomst en je carrière was niet te achterhalen.
Suzanne schreef een boekje over haar eigen ervaringen en ging later werken bij een stichting die zich bezig hield met de emancipatie van de vrouw. Martha volgde een opleiding tot maatschappelijk medewerker.
Samen zochten ze andere vrouwen op die ook gynaecologische kanker hadden. Ze ontdekten overeenkomsten en hiaten in de zorgverlening. Ze besloten een netwerk op te richten: Het NVGK, het Netwerk voor Vrouwen met Gynaecologische Kanker, dat in 1986 officieel bij de notaris werd genoteerd. Later vond men de naam NVGK te zakelijk en dus werd de naam eind jaren 80 veranderd in Stichting Olijf.
Al snel bleek er een grote behoefte te bestaan aan een dergelijk netwerk. Vrouwen die gynaecologische kanker hebben of hebben gehad meldden zich aan als lotgenoten, waardoor Olijf groeide en groeide.
In de loop der jaren is Olijf uitgegroeid tot een grote organisatie (1100 leden) met een landelijk netwerk.
Waarom de naam 'Olijf'?
De naam 'Olijf' is om verschillende redenen gekozen.
- Met de vrucht olijf is een associatie te maken met het vruchtbare orgaan van de vrouw.
- Het is als uitroep te gebruiken: “O……lijf”, daarmee doelend op alle ellende die je lijf opeens geeft.
- Het is een verwijzing naar de nucleus oliva (Olijfkern) in de hersenen, verantwoordelijk voor het kunnen horen: Olijf geeft daarmee aan een luisterend oor te bieden aan lotgenoten.