Prof. dr. Roy Kruitwagen (59): 'Wat artsen belangrijk vinden, komt niet altijd overeen met wat de patiënt belangrijk vindt.'

Prof. dr. Roy Kruitwagen (59) is gynaecologisch oncoloog in het Maastricht UMC+. Al jaren zet hij zich in voor vrouwen met schaamlip-, eierstok- en baarmoeder(hals)kanker. Dr. Kruitwagen vindt dat de samenwerking tussen medici, patiënten én belangenorganisaties beter kan. “We kunnen nog veel van elkaar leren.”

“Patiënten begeleiden met een groot probleem in combinatie met complexe chirurgie; deze twee uitdagingen maken mijn vak zo mooi en dankbaar. Maar er valt nog veel werk te verzetten. Zo stijgt het aantal vrouwen met baarmoederkanker nog altijd – vermoedelijk door de vergrijzing en de toename van ons BMI. Zeker eierstokkanker is en blijft een sluipmoordenaar. In 70 procent van de gevallen wordt deze te laat ontdekt en zijn er al uitzaaiingen. Dit komt mede doordat de klachten van dit type kanker vaak niet als zodanig herkend worden en worden beschouwd als onschuldige kwaaltjes. Ondanks alle moderne technieken lukt het dan ook nog niet om het aantal vrouwen met een gevorderd stadium eierstokkanker omlaag te krijgen.”

Onderzoek is essentieel
“Accepteren dat je ziek of stervende bent; dat zijn heftige processen. Gelukkig is er toenemende aandacht voor deze aspecten van het ziek zijn. Patiënten worden steeds vaker gewezen op bestaande lotgenotenbijeenkomsten, netwerken en stichtingen als Olijf. Een ontwikkeling die ik toejuich, want zulke instanties kunnen een belangrijke rol spelen in het verwerkingsproces. Daarnaast heeft een stichting als Olijf nog een belangrijke waarde: ze brengt gynaecologische kanker continu onder de aandacht. Dat is hard nodig, willen we dat er meer wetenschappelijk onderzoek wordt gedaan. Onderzoek is namelijk dé manier om iets te bereiken, zowel qua preventie als behandeling en genezing.”

Op de agenda
"Jaarlijks zijn er circa 4.500 vrouwen met schaamlip-, eierstok- en baarmoeder(hals)kanker. Ter vergelijking: het borstkankercijfer ligt met ruim 14.000 patiënten beduidend hoger. Door de aantallen staat wetenschappelijk gezien het belang van gynaecologische kanker niet altijd voorop. In de medische wetenschap geldt namelijk dat hoe meer patiënten of hoe meer aandacht er voor een bepaalde type kanker is, hoe meer geld er voor onderzoek beschikbaar is. En hoe meer onderzoek er kan worden gedaan, hoe sneller er daadwerkelijk iets bereikt kan worden. Het is dan ook essentieel dat gynaecologische kanker op de agenda blijft staan.”

Van elkaar leren
“Dat door een netwerk als Olijf er steeds meer aandacht voor gynaecologische kanker komt, vind ik een zeer positieve ontwikkeling. In 2014 zijn we gestart met een landelijke registratie van gynaecologische tumoren waaraan ook patiënten hun ervaringen kunnen toevoegen. Oftewel: hoe ervaren zij hun behandeling en contact met het behandelend team? Ik ben van mening dat we veel van elkaar kunnen leren. Want wat een dokter belangrijk vindt, komt niet altijd overeen met wat de patiënt belangrijk vindt. Daar valt nog veel winst te behalen. Dankzij een netwerk als Olijf is het voor ons artsen makkelijker om patiënten te benaderen. Zodoende kunnen we onze zorg meer optimaliseren. En daar is iedereen bij gebaat.”

Prof. dr. R. Kruitwagen heeft zijn verhaal verteld in januari 2017.