Eva was 32 jaar toen zij er in 2020 achter kwam dat ze baarmoederhalskanker had. Eva woonde een tijd in het buitenland en had daarom de eerste oproep voor het bevolkingsonderzoek gemist. Vriendinnen van haar kregen hem wel, dus ze was zich er wel van bewust en wilde, zodra ze terug zou zijn in Nederland, naar de huisarts gaan om een uitstrijkje te laten maken. Uiteindelijk bracht Corona haar terug naar Nederland en bracht ze het voorgenomen bezoek aan de huisarts.

Onrustige cellen
Eva: 'Mijn spiraaltje moest worden vervangen. Daarnaast had ik wat klachten, waaronder meer pijn bij de menstruatie dan gewoonlijk, maar ik dacht dat dat een teken was dat het tijd werd voor een nieuw spiraaltje. Voordat de nieuwe spiraal gezet werd, maakte de arts eerst een uitstrijkje. De uitslag was niet helemaal goed, pap 3. Ik werd doorverwezen naar de gynaecoloog. De gyneacoloog besloot dat een lisexcisie nodig was, want er zaten teveel onrustige cellen. Na het labonderzoek bleek echter dat er een tumor op mijn baarmoederhals zat. Dat had ik niet verwacht. De uitslag kwam als een klap.'
Eva ging een traject van onderzoeken in. Vanwege uitzaaiingen in de lymfeklieren in haar liezen aan beide kanten, moest ze de behandeling ondergaan die standaard word gegeven in zulke gevallen: een combinatie van chemo en bestraling. Voordat de behandeling startte, kwam ter sprake of zij een kinderwens had en hoorde ze de boodschap dat ze na de behandelingen vervroegd in de overgang zou komen.
Kinderwens of niet
'Ineens moest ik serieus gaan nadenken over of ik ooit moeder wilde worden, of ik eicellen in zou willen vriezen. Ik had heel weinig tijd, want de behandeling moest gaan starten. Deze beslissing werd niet begeleid vanuit het ziekenhuis, alleen de vraag werd gesteld. Eicellen invriezen, een kind krijgen via een draagmoeder...? Het was één grote soep in mijn hoofd, ik heb er niet heel erg diep over nagedacht. Zelfs als ik het zou willen, zag ik geen manier waarop dat daadwerkelijk mogelijk zou zijn. Als ik ooit van gedachte zou veranderen, zou adopteren voor mij meer voor de hand liggen. Ik kon me ook niet voorstellen dat ik dat traject van eicellen invriezen nog zou moeten ondergaan, nog voor de behandeling van kanker zou starten. Ik had geen sterke kinderwens, dus ik heb uiteindelijk deze optie aan me voorbij laten gaan.'
De overgang
'Ik zou na behandeling in de overgang komen, dat vond ik een akelig en intens idee. Ook bij dit proces heb ik geen begeleiding gehad vanuit het ziekenhuis. Nadat ik had aangegeven geen kinderwens te hebben, leek het onderwerp van de overgang ook afgesloten. Ik kreeg wel hormonen voorgeschreven, maar hoe ik mij voelde en wat voor klachten er horen bij de overgang, dat is eigenlijk nooit ter sprake gekomen. Ik heb wel klachten waarvan ik denk dat ze met de overgang te maken kunnen hebben, maar dat kunnen ook gevolgen van de behandeling zijn, het is diffuus.
Het was fijn geweest als de overgang en de gevolgen daarvan wel onderwerp van gesprek was geweest in het ziekenhuis, iemand die me had geholpen mijn klachten te begrijpen of in ieder geval zou erkennen dat een vervroegde overgang zowel fysiek als mentaal een grote impact kan hebben. Ook het hebben van een lotgenoot was op dat moment fijn geweest, maar ik kwam weinig mensen tegen in het ziekenhuis want we zaten middenin Corona.'
Zij maakten het verschil
Corona maakte dat er strenge regels waren in het ziekenhuis. Eva mocht wel iemand meenemen naar afspraken en behandelingen. Alleen bij de chemo mocht dit niet. In het Erasmus, waar Eva haar behandelingen onderging, kwam haar radiotherapeut wel elke week op bezoek tijdens de chemo. Eva: 'Hij kwam dan even bij me zitten, vragen hoe het met me ging. Dat heeft me heel erg geholpen. Ook de verpleegkundigen bij de chemo en de laboranten bij de brachytherapie waren ontzettend aardig en meelevend. Ik kon alle vragen stellen, zelfs al was het tien keer dezelfde vraag. Ook wisten ze het toen ik jarig was, er was aandacht voor en ze hebben zelfs voor me gezongen, heel lief. Het Erasmus is toch een groot ziekenhuis maar het voelde heel persoonlijk, ik zag er niet tegenop om er naartoe te gaan. De medische staf maakte het goed, ze waren lief, ze maakten het verschil. Dat was heel erg mooi, deze mensen hebben de ervaring echt dragelijk gemaakt.
Een maand voor het uitstrijkje had ik een nieuwe relatie, die relatie heb ik nog steeds. Ik dacht, wat betekent deze diagnose voor mijn, onze relatie, heeft iemand hier wel zin in? Maar mijn vriend was en is heel lief voor me. Hij hielp me heel erg om te genieten van kleine dingen: een ijsje eten, wandelingetje, ergens een kopje koffie doen. Vanwege Corona was er niet veel bijzonders te doen, maar dat gaf ergens ook wel rust. Ook de vele kaartjes, bloemen van mensen, mensen die eten kwamen brengen en de vele lieve berichtjes, vond ik fijn. Ik was erg bang dat iedereen me zou vergeten, omdat ik niet mee kon doen, maar dat gebeurde niet. Ook dat heeft me door deze periode heen geholpen.'
Weinig geduld met mezelf
De behandelingen die Eva moest ondergaan duurden zeven weken; vijf weken lang één keer per week chemo en elke dag bestraling en vervolgens nog twee weken brachytherapie. Daarna volgde een scan waarop te zien was dat de tumor kleiner was geworden. Het uiteindelijke effect was pas na zes weken te zien. Begin januari 2021 volgde er nog een petscan; de kanker was weg.
Eva: 'Ik heb het heel moeilijk gehad, vooral mentaal. Ook had ik cognitieve klachten, waarvan sommige nog steeds wel aanwezig zijn. Ik had niet veel lichamelijke klachten, geen pijn, vrijwel geen fysieke beperkingen. Daar was, en ben, ik heel blij mee. Ik was vooral heel erg in gevecht met mezelf, het ging te langzaam, ik had geen energie, ik was constant overprikkeld. Geluid, activiteiten, lange gesprekken voeren, het was te veel. Dit duurde een aantal maanden, misschien wel langer. Ook lezen lukte in het begin helemaal niet, de woorden dansten door elkaar heen. Ik had weinig geduld met mezelf. Ik wilde te snel van alles, dat heeft me tegengewerkt.'
Ruimte nemen
'Tijdens de behandeling werd me medisch maatschappelijk werk aangeboden. Het was een aardige vrouw die ik één keer per twee weken sprak. Hoe geef je aan wat je nodig hebt bij familie en vrienden, hoe maak je je behoeftes kenbaar, hoe neem je ruimte voor jezelf? Na de behandeling ben ik ook naar een psycholoog gegaan. Ik had daarvoor ook al wel wat klachten, maar de ziekte en behandeling hebben de bestaande klachten versterkt. De gesprekken met de psycholoog helpen me wel.
Na de behandelingen had ik de neiging om gewoon weer door te gaan, maar dat werkte zo niet. Het is soms nog steeds lastig om die ruimte te nemen. Ik ben dezelfde persoon, maar doe de dingen nu net iets anders. Soms is het lastig om daar naar te leven en ruimte te maken voor mijn eigen behoeftes. Ik besefte pas later hoe sterk mijn lichaam eigenlijk is, hoe goed het de behandeling heeft doorstaan. Het is nog steeds niet altijd makkelijk, maar het vertrouwen in mijn lichaam komt langzaam terug.'
Herkenning bij lotgenoten
Ik ben heel blij dat ik bij Olijf actief ben geworden als vrijwilliger. Bij Olijf heb ik hele fijne en sterke vrouwen ontmoet en ik doe er waardevol werk, met name in de werkgroep Kwaliteit van zorg. Dankzij mijn betrokkenheid bij Olijf lukt het om op een andere manier naar mijn ziekte te kijken en naar de bijdrage die ik vanuit mijn ervaring kan leveren. Er zit veel kennis bij de collega’s van Olijf, dat vind ik heel mooi om te zien. Ik kende voorheen niemand van mijn leeftijd die kanker had, maar heb bij Olijf veel lotgenoten ontmoet, dat voelt fijn. Ook al heb je het niet steeds over kanker, je begrijpt elkaar.
Eva vertelde haar verhaal in juni 2025. Inmiddels kunnen er veranderingen in haar gezondheid zijn opgetreden.
Ervaringsverhalen zijn persoonlijk en kunnen al even geleden zijn verteld. Behandelingen kunnen intussen zijn veranderd.