Wanneer de gynaecoloog zegt dat je niet wordt behandeld, maar moet afwachten, voelt dat bijna onnatuurlijk. Zeker als je 21 bent, klachten hebt en ineens hoort dat je pap 3a hebt. Voor Jitske werd 2024 een onverwacht jaar vol onzekerheid, gesprekken, stress maar ook verbinding.
‘Toen ik vorig jaar een spiraaltje liet zetten, dacht ik dat de klachten die erbij hoorden vanzelf zouden verdwijnen. Een beetje onregelmatig bloedverlies, soms wat bloed na de seks, iedereen zei dat het erbij hoorde. Maar toen het na 8 maanden nog niet over was, besloot ik toch terug te gaan naar de huisarts. Dat bezoek veranderde het hele komende jaar. En hoewel mijn dagelijks leven er normaal uitzag, voelde het in mijn hoofd allesbehalve rustig.’
Uitstrijkje
’We doen voor de zekerheid een uitstrijkje.’ Jitske weet nog precies hoe de huisarts het zei. Het voelde als iets kleins, iets standaards. Maar dat gewone gevoel sloeg meteen om toen uit het uitstrijkje bleek dat ze HPV had. Voor ze het wist zat ze al bij de gynaecoloog en een paar weken later werd er een biopt genomen.
‘Toen de gynaecoloog zei dat het pap 3a was, voelde het alsof mijn hele lijf even stilviel’, vertelt ze. Ze had nooit gedacht dat zij dit zou krijgen. In haar omgeving had eigenlijk nooit iemand erover gesproken. HPV, PAP-uitslagen, voorstadia… het was een wereld die ineens heel dichtbij kwam.
Niet behandelen maar wachten
Wat haar misschien nog wel het meest schokte, was het advies dat volgde. Niet behandelen, maar afwachten. Een jaar lang. Omdat ze 21 was, vertelde de gynaecoloog, had haar lichaam een goede kans om het zelf op te ruimen. Medisch gezien klopte het, maar voor Jitske voelde het niet logisch en helemaal niet fijn.
‘Ik wilde dat er iets gebeurde. Iets wat liet zien dat we het aanpakten. Het voelde raar om te horen dat je pap 3a hebt en vervolgens naar huis wordt gestuurd met: kom over een jaar maar terug.’
De twijfel zat diep. Wat als het erger werd? Wat als ze wel behandeld had moeten worden? Ze dacht vooruit, soms veel te ver vooruit. ‘Ik vroeg me direct af of ik later wel kinderen kon krijgen, terwijl dat helemaal nog niet aan de orde was. Maar het spookte zo door mijn hoofd.’
De impact op haar omgeving
Als Jitske terugkijkt, is ze enorm dankbaar voor hoe haar omgeving reageerde. Haar vriend bleef rustig wanneer zij dat niet kon. Hij zocht dingen op, dacht mee, stelde haar gerust. ‘Hij zei steeds dat we stap voor stap moesten kijken. Hij bleef zo kalm, dat hielp mij enorm.’ Ook haar ouders, schoonfamilie en vriendinnen stonden meteen klaar. Sommigen zochten informatie, anderen luisterden vooral.
De onverwachte verbondenheid
Wat ze pas later besefte: praten werkte niet alleen opluchtend, het bracht ook herkenning. Toen Jitske haar verhaal deelde, op de hockeyclub, met vriendinnen, op het werk, merkte ze pas hoeveel vrouwen in haar omgeving ook iets met HPV of afwijkende uitstrijkjes te maken hadden gehad. ‘Soms waren ze al behandeld, soms zaten ze in een lager stadium. Eén vriendin had het al laten weghalen. En ineens dacht ik: waarom weet ik dit allemaal niet?’
Het raakte haar dat zoveel jonge vrouwen dit meemaken, maar dat er zo weinig over wordt gesproken. Het maakte de angst iets dragelijker: ze was niet alleen. Het gaf haar juist de motivatie om er actief over te praten. ‘Ik vind het zo belangrijk dat mensen zich laten vaccineren tegen HPV. Ik ben blij dat ik het vaccin heb gehad. Een paar vriendinnen niet en die kregen nog veel meer stress dan ik.’
Nooit stil
Aan de buitenkant veranderde er verrassend weinig. Jitske studeerde, werkte, ging naar hockey, sprak af met vriendinnen. Maar van binnen bleef het gevoel aanwezig dat er iets mis was, iets wat ze niet zelf kon oplossen. Ze weet nog goed hoe het voelde toen de gynaecoloog de diagnose vertelde. Je hoort wel eens over HPV, maar je verwacht niet dat je het zelf hebt. Ze schrok vooral, omdat ze niet precies wist wat het zou betekenen en wat haar te wachten stond. Die onzekerheid bleef even hangen, simpelweg omdat het nieuw en onverwacht was.
Veel praten en blijven praten
Wat haar het meest heeft geholpen, is praten. Gewoon eerlijk vertellen wat ze voelde: de angst, de onzekerheid, de frustratie over dat wachten. Er niet geheimzinnig over doen, want waarom zou je? ‘Ik merkte dat ik minder angst had zodra ik het hardop zei. Daardoor konden mensen me ook echt helpen of geruststellen. Zelfs de gesprekken met de gynaecoloog werden steeds fijner. Meer uitleg, meer begrip. En dat gaf weer een beetje lucht.’
Weer bijna terug voor controle
Nu, bijna een jaar later, staat opnieuw een uitstrijkje gepland. Eind dit jaar of begin volgend jaar weet ze meer: Is het afgenomen? Heeft haar lichaam gedaan wat de artsen verwachtten? Of moet ze toch behandeld worden? Dat maakt het spannend, geeft ze eerlijk toe. ‘Soms denk ik dat ik er rustiger in ben geworden, maar zodra de controle dichterbij komt voel ik weer dezelfde spanning. Je weet gewoon niet wat je gaat horen.’
Eén ding is anders dan vorig jaar: ze voelt zich minder alleen, minder onwetend en minder onzeker over wat er kan komen.
Praat erover
Als Jitske iets mee wil geven aan andere vrouwen, is het dit: ‘Praat erover. Echt. Dat is het allerbelangrijkste wat ik heb geleerd. Door erover te praten, werd mijn angst kleiner. En laat je vaccineren, als je dat kunt. Het is er niet voor niks.”
De onzekerheid is niet weg, dat kan ook niet. Maar ze weet dat ze het aankan, met alles wat ze inmiddels geleerd heeft en alle mensen om haar heen.
Jitske schreef haar verhaal zelf in december 2025. Inmiddels kunnen er veranderingen in haar gezondheid zijn opgetreden.