Deel via

Jarenlang ging Merel met gierende banden door het leven. 'Ik was de hele dag onderweg naar mijn klanten. Vijftigduizend kilometer per jaar in de auto, van hot naar her en ik had nergens tijd voor.' Totdat Merel werd gediagnosticeerd met een zeldzame vorm van eierstokkanker.

Merel 1500x500 px

Nu, twee jaar later, kan Merel zich bijna niet voorstellen dat ze zo heeft geleefd. Haar werkervaringsplek voor twee keer vier uur per week bij een therapeutisch paardencentrum staat in schril contrast met het snelle leven bij de uitgeverij. De pumps zijn verruild voor kaplaarzen, de blinkende leaseauto voor de rustgevende paarden. Dieren liegen nooit. Materialisme zegt Merel niets meer. Hoewel ze dagelijks de gevolgen van de kankerbehandeling ondervindt, is ze blij dat ze zichzelf heeft teruggevonden.

Genoeg waarschuwingen
‘Op mijn dertigste had ik al baarmoederhalskanker gekregen, en daarna een burn-out. Achteraf gezien vraag ik me wel eens af of ik eerder rustiger aan had moeten doen, maar ik denk nu dat ik niet voldoende naar mijn lichaam heb geluisterd. Totdat bleek dat ik eierstokkanker had, kampte ik al jaren met een slechte weerstand en darmklachten.’

Dat Merel hier niets aan deed, had mede te maken met haar werk. Merel was accountmanager bij een uitgeverij van onder meer gezondheidsboeken. Daar leefde het idee dat je gezondheidsklachten kon oplossen met een bepaalde leefstijl. 'Ik heb lang gedacht dat het aan mezelf lag.' Ze liep twee jaar door met klachten, en de huisarts liet het bij bloedprikken. 'Daar kwam niet zo veel uit, behalve een laag vitamine D-gehalte. Maar ik had ook nooit kunnen bedenken dat ik zoiets ernstigs zou hebben.’

Immens groot
Na twee jaar ging de oude huisarts met pensioen en kreeg ze een nieuwe arts. Die nam wel de moeite om Merel lichamelijk te onderzoeken. 'Ze schrok en vroeg of ik zwanger kon zijn. Ze wilde per se dat ik een zwangerschapstest ging doen. De huisarts vroeg ook een echo aan. De radiologe zag iets immens groots in de buik. Twee dagen later lag Merel in het ziekenhuis, met een tumor van vijf kilo en 30 centimeter doorsnee in haar buik.

”ET”
De tumor drukte tegen allerlei organen aan, dus spoed was geboden. Helaas dacht de spoedeisende hulp er anders over, omdat het een paar dagen voor de kerst was en het daardoor enorm druk was in de operatiekamers. Merel moest een aantal dagen aan de morfine voordat de uitgebreide operatie kon plaatsvinden. Ook wilden de artsen tijdens die operatie verschillende biopten nemen om te onderzoeken waarmee ze te maken hebben. Die operatie duurde vier uur. 'Het ding zat overal aan vastgekleefd. Het was dan ook een hele klus om “ET” - ik zag het als een buitenaards wezen - eruit te krijgen. Ik vond het zo abstract, dat ik de foto’s heb opgevraagd. Een baby zonder armen en benen, zo zag het eruit.'

Team van engeltjes
Het bleek om een zeldzame vorm van kanker te gaan: muceuze eierstokkanker. Na zeven weken ging Merel weer de OK in. 'Dat was heel zwaar, want alle vrouwelijkheid ging eruit. Gelukkig had ik een team van engeltjes op mijn schouder. Alle lymfe waren schoon.' En dat was het. De artsen kozen ervoor om geen chemo toe te dienen. 'Die is zo agressief dat ze dat achter de hand willen houden als de kanker terugkomt.' Gelukkig is die kans klein - drie tot vijf procent, maar Merel heeft niet veel met statistiek: 'De kans dat je eierstokkanker krijgt, en vooral deze vorm, is minder dan één procent en toch kreeg ik het. Ik blijf op mijn hoede.'

Chronisch positief
Nu, twee jaar later, heeft Merel nog steeds het idee dat er 'een bermbom in mijn lichaam is afgegaan. Ik heb veel pijn. Het is zo erg, dat ik inmiddels volledig ben afgekeurd. Dat traject met het UWV is overigens heel netjes gegaan. De verzekeringsarts vertelde dat ze bij het UWV weten dat herstel na kanker wel eens optimistisch wordt ingeschat en mensen te snel weer te veel van zichzelf vragen. Dat was bij mij ook zo, want ik was het eerste jaar na mijn behandeling “chronisch positief.” Ik dacht: even revalideren en weer doorgaan. Maar zo werkt het niet. Daarna stortte ik in. Ik had zoveel pijn en ik had nog niets verwerkt. Je hoort wel eens nare berichten over het UWV, waardoor mensen bang zijn voor dat instituut. Ik was dat ook, maar dat is dus zeker niet altijd nodig.'

Met beide benen in de grond
Een jaar na de operatie onderzocht de arbeidsdeskundige van het UWV of er mogelijkheden waren om te re-integreren bij de uitgeverij. De reisafstand was echter te groot, het was niet realistisch. Met een jobcoach bekeek Merel de mogelijkheden voor een werkervaringsplek. Dat werd het Therapeutisch Centrum 2Tango in Veghel, 15 kilometer van Merels huis waardoor het haalbaar was. Tijdens het oncologische revalidatietraject had Merel ook al extra hulp gezocht bij dit therapeutische paardencentrum, 'omdat dit voor mij beter werkt dan een psycholoog.' Op haar werkdagen loopt ze nu de hele dag in kaplaarzen rond in de modder. 'Als mens ben ik gegroeid. Ik ben letterlijk met beide benen in de grond geramd. Ik ben zo in aanraking gekomen met wat écht belangrijk is in het leven. Er is een groot verschil tussen het lezen van boeken over gezondheid en het voelen ervan.'

Mens mogen zijn
Merel wil lotgenoten op het hart te drukken om de tijd te nemen om beter te worden. 'Niet alleen om te genezen, maar ook om kwalitatief weer mens te mogen zijn. Ik hoor wel eens van patiënten dat ze snel aan het werk willen omdat ze er stress van hebben, of bang zijn dat ze ander werk moeten zoeken bij hun eigen werkgever of bij een andere baas en/of minder inkomen krijgen. Of omdat ze geen uitkering willen of omdat ze positief moeten zijn van zichzelf. Kanker zet alles op scherp. Ik ben trager gaan leven, maar ben blij dat ik dit heb kunnen verwerken. Buiten zijn, natuur, stilte en de troost van dieren doen me goed. Hoe het verder gaat? Dat komt vanzelf.'

Merel vertelde haar verhaal in december 2020. Inmiddels kunnen er veranderingen zijn opgetreden in haar gezondheid.



Deel via

Lees verder...

  1. 22 maart 2024 Christine (55): 'Van de ene op de andere dag stond mijn leven op zijn kop'
    Lees verder
  2. 22 maart 2024 Chantal (51): 'Ik dacht dat ik in de overgang was’
    Lees verder
  3. 25 januari 2024 Riny (66): ‘Je dusdanig fixeren op de ziekte dat die een obsessie wordt, is niet goed’
    Lees verder