In 2017 gebeurde er van alles in Shelley’s leven. Ze zat midden in een scheiding, woonde bij vrienden en het huis dat ze had gekocht moest worden opgeknapt. Toen ze een heftige bloeding kreeg, schreef ze die toe aan stress. Ze besloot er even tussenuit te gaan. Naar Frankrijk, voor een kookcursus.
‘Het deed me goed, ik kwam helemaal tot rust. Ik kon zelf mijn dag indelen. Toen ik een boswandeling ging maken en een sanitaire stop moest maken, dacht ik een teek te zien in mijn lies. Ik kreeg het beestje er niet uit. Thuisgekomen maakte ik een afspraak bij de huisarts om de teek of wat er van over was te laten verwijderen. Ik besloot ook een uitstrijkje te laten maken. Tussen de verhuisdozen zag ik de envelop met uitnodiging liggen.’
Van kleine ingreep naar operatie
‘Ik maakte mij geen zorgen, want ik sportte veel, at gezond en drink geen alcohol. De schrik was groot toen de assistente van de poli gynaecologie belde. Ze vertelde dat ik PAP4 had en dat het hoogstwaarschijnlijk baarmoederhalskanker was. Ik moest zo snel mogelijk een afspraak maken.
Ik was destijds 54 jaar en had zo’n beetje alle grote levensgebeurtenissen achter de rug, inclusief een scheiding. Dan zou ik nu doodgaan aan baarmoederhalskanker? Gelukkig was dat voorbarig, want het bleek uiteindelijk om een voorstadium van baarmoederhalskanker te gaan. Ik onderging een kleine ingreep, waarbij een stukje van de baarmoederhals werd weggehaald, een zogenoemde conisatie. Maar na een paar maanden liet het uitstrijkje nog steeds onrustige cellen zien. De arts vond dat mijn baarmoeder moest worden verwijderd. Gelukkig waren de eierstokken goed.’
Bijkomen in het ziekenhuis
In het ziekenhuis lag ik naast een dame die veel problemen had. Het was onrustig. Ik vroeg of ik na twee dagen naar huis kon. Dat mocht. Wat wel vreemd was, dat ik thuis geen bloedverdunners nodig had. In het ziekenhuis kreeg ik ze namelijk wel. Na 2 weken kreeg ik pijn op de borst. De huisarts stuurde mij door naar het ziekenhuis. Daar bleken mijn stollingswaarden veel te hoog te zijn. En ik had een resistente bacterie opgelopen, dachten de artsen. Terwijl ik in quarantaine op de kamer lag te wachten op de uitslag van de longscan, ging er van alles door me heen. Ik voelde me steeds slechter. Ik had het idee dat ik afscheid moest nemen van het leven en hoe bizar het was dat de kanker daar niet verantwoordelijk voor was, maar iets anders. Zes uur later kreeg ik de bevestiging dat ik een longembolie had en kreeg ik bloedverdunners. Ik moest enkele dagen in het ziekenhuis blijven, en vanwege de bacterie bleef ik daar in quarantaine. Het klinkt misschien vreemd, maar ik kwam toen eindelijk een beetje tot rust, omdat ik alleen op een kamer lag. Het besef kwam binnen dat ik heel veel had meegemaakt in korte tijd. Na 3 dagen wilde de arts mij naar huis sturen. Het ging goed met de longen en ik bleek toch geen resistente bacterie te hebben, maar ik vroeg of ik nog even mocht blijven om bij te komen van alles.
Verplicht om gelukkig te worden
‘Thuis had ik een rooster gemaakt voor vriendinnen die wilden helpen. Dat kon van alles zijn: koken, helpen in het huishouden, maar ook steun in het ziekenhuis, voorafgaand aan de operatie. Ik leerde niet sterker te zijn dan ik was, en dat was een grote opluchting.
Na een halfjaar kreeg ik een controle. Alles was goed. Ik had geen nabehandeling nodig, was genezen. Het herstel duurde een jaar. De verhuisdozen en verfkwasten bleven onaangeroerd, maar ik leerde daar geen stress van te hebben. Stress is voor mij de grote boosdoener geweest voor deze ziekte. Iedereen heeft slechte cellen, en spanningen jagen deze aan, daarvan ben ik overtuigd. Naast goed eten en bewegen, zoek ik geen situaties op die stress opleveren. Hoewel ik 4 banen heb en 2 zoons in huis, heb ik geleerd te relativeren. Elke dag is een cadeau. Waar geniet ik van, wat is belangrijk? Tussen alle drukte door pak ik mijn rust: rommelen in huis, leuke dingen doen met vrienden, werken in de tuin. Je bent het aan jezelf verplicht om gelukkig te worden. Dat is mijn grote les geweest.’
Gered door de teek
‘Kanker speelt geen rol meer in mijn leven, al merk ik dat het me toch raakt nu ik mijn verhaal deel. Mijn advies aan andere vrouwen die met kanker te maken krijgen is lief te zijn voor jezelf. Zorg dat je alles krijgt wat je nodig hebt. Vrienden willen graag helpen, maak daarvan gebruik. En: maak ook duidelijk als het teveel wordt. Als mensen met eigen verhalen komen, terwijl je je ziek voelt, kun je gerust zeggen dat het teveel is. Mijn ervaring is dat je tijdens het ziek zijn behoefte hebt aan gezelligheid en positiviteit. Dan heb je niet altijd ruimte om aan te haken bij nare verhalen.
Terugkijkend op alles, denk ik dat de tekenbeet mijn leven heeft gered, in combinatie met het zien van de envelop met uitnodiging voor een uitstrijkje. Ik ben een gelovig mens, dus ik weet dat dat geen toeval was. Er is voor mij gezorgd.’
Shelley vertelde haar verhaal in februari 2022. Inmiddels kunnen er veranderingen in haar gezondheid zijn opgetreden.